Brussel werkt met Nederlandstalige en Bicommunautaire instellingen
Brussel – E.R.
De Brusselse schepen van Vlaamse Aangelegenheden Bruno De Lille (Groen!) verwijt Vlaams minister Anciaux (Spirit), bevoegd voor Cultuur en Brussel, een gebrek aan voeling met de hoofdstedelijke culturele instellingen. Hij zei dat gisteren bij de ondertekening van een overeenkomst tussen de stad en veertien Nederlandstalige en bicommunautaire instellingen in Brussel.
“Voorheen werkten we enkel met organisaties die afhingen van de stad, vooral Franstalige initiatieven”, aldus De Lille. “Met deze overeenkomst is een inhaalbeweging ingezet.” De instellingen krijgen een jaarlijkse subsidie als ze onder meer voldoen aan de voorwaarde dat er een duidelijke band is tussen de instelling, de stad en de buurt. Het gaat om contracten met de vier gemeenschapscentra in Brussel (De Markten, Nekkersdal, Heembeek-Mutsaard en De Linde) en Kaaitheater, jeugdtheater Bronks, Ancienne Belgique, Beursschouwburg, Argos, literatuurhuis Passa Porta, Pantalone, City Mine(d), Brussel Behoort Ons Toe en Cinema Nova. De subsidies liggen tussen de 6.000 (De Linde) en 50.000 euro (Kaaitheater).
De Lille haalt ook scherp uit naar Vlaams minister Bert Anciaux. “Die noemt Brussel stout omdat het de Vlamingen niet gelijk zou behandelen. Dat terwijl ons budget steeg van één naar bijna anderhalf miljoen euro en we 25 miljoen investeerden in de KVS. Daar komt dit initiatief bij.” De schepen verwijt Anciaux een gebrek aan voeling met de Brusselse cultuur. “Anciaux zegt naar aanleiding van het dossier Flagey dat bicommunautaire initiatieven niet werken. Terwijl wij voelen dat geen enkele Vlaamse Brusselaar op een eiland wil werken.”
De Brusselse schepen van Cultuur Henri Simons voegde daaraan toe dat het succes van projecten zoals het KunstenfestivaldesArts en de Munt het ongelijk van Anciaux bewijzen. Volgens De Lille is de overeenkomst daarom een statement. “Het is een duidelijke politieke keuze voor een tweetalige stad. We kiezen voor initiatieven die openstaan voor alle gemeenschappen en uitgesproken tweetalig zijn, tegen de keuze waar Anciaux voor staat. Ze zijn bovendien erken door de Vlaamse Gemeenschapscommissie of Vlaanderen.”
In een eerste reactie zei de woordvoerster van minister Anciaux: “Het klopt dat de minister geen groot voorstander is van bicommunautaire instellingen. Zijn voorkeur gaat uit naar instellingen met een duidelijk Vlaams of Franstalig karakter, die banden hebben met de andere cultuurgemeenschappen in Brussel. Wat het specifieke dossier Flagey betreft, hebben wij ingespeeld op de vraag van Flagey zelf. Wij willen werken aan een structurele oplossing op lange termijn, wat betekent dat die instelling vanaf 2007 in het Kunstendecreet zou moeten kunnen stappen. En daarvoor moet Flagey wel een Vlaamse instelling zijn. Dat was ook zelf hun wens. Maar blijkbaar is Flagey achteraf verdeeld geraakt over deze kwestie. Zij moeten er nu intern uit raken, maar alles zit muurvast. Wij wachten hun definitieve beslissing af.”
22-12-2004
bron: De Morgen
|